Wonder, Willeke (2022) Burn-outklachten & Werkcentraliteit - onderzoek naar de rol van werkcentraliteit op burn-outklachten. Master thesis, Sociology.
![[img]](https://gmwpublic.studenttheses.ub.rug.nl/style/images/fileicons/text.png) |
Text
masterscriptie.S4587332.wonder.pdf Restricted to Repository staff only Download (4MB) |
Abstract
Burn-out is een blijvend maatschappelijk probleem en een belangrijk onderwerp in zowel het publieke- als politieke debat. Burn-out heeft een groot aandeel in al het werkverzuim en het totaal aantal meldingen van psychische beroepsziekten. Het wordt gedefinieerd als een werkgerelateerd syndroom en veelal gekenmerkt door drie aspecten, namelijk (1) emotionele, mentale uitputting of extreme vermoeidheid, (2) depersonalisatie, waarin iemand een onverschillige en afstandelijke houding aanneemt tegen de mensen waarmee diegene werkt en (3) gevoelens van persoonlijke onbekwaamheid. De kwestie waar deze scriptie zich specifiek op wil richten is de werkcentraliteit: de NL Eng Biased materialen Biased materials Skills Skills Upskilling Upskilling Reskilling Reskilling Competentie Competence Kennis Knowledge Vakmensen Professionals MBO 1, 2, 3, 4 ? Circulair werken Working circularly Hergebruik materialen Recycling materials Innovatie Innovation Duurzaam Sustainable Technologie Technology Human capital Human capital plaats die werk inneemt in het leven ten opzichte van andere levensdomeinen. De werkcentraliteit is aan het veranderen. Een mogelijk aanknopingspunt voor de achtergrond van de relatief hoge burnoutcijfers werd in de motivatie om te werken en de werkcentraliteit gevonden. Het vermoeden dat een hoge mate van werkcentraliteit een rol zal spelen op het verkrijgen van burn-outklachten leverde de volgende onderzoeksvraag op: ‘Zijn burn-outklachten te verklaren door de mate van werkcentraliteit? Speelt werkcentraliteit een rol in de relatie tussen deeltijd- of voltijdwerk en burn-outklachten?’. De hypotheses werden getoetst aan de hand van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2021 (N=17,173). Het conceptueel model werd door middel van het ‘klassieke’ padmodel geanalyseerd met behulp van een serie los van elkaar uitgevoerde regressieanalyses. Vanuit drie werkcentraliteit componenten werden drie verschillende modellen ingezet om de effecten van werkcentraliteit op burn-out te meten. Er werd geen steun gevonden voor de belangrijkste hypothese van het onderzoek, waarin werd verondersteld dat een hoge werkcentraliteit negatieve gevolgen heeft op burnoutklachten. In één model werd zelfs een bufferend effect gevonden tegen burn-outklachten. Naarmate iemand werk leuk vindt en veel tijd besteedt aan het werk in plaats van privé, blijkt uit de analyse dat de burn-outklachten minder worden. Het leuk vinden van het eigen werk heeft een bufferend effect op burn-outklachten. De andere modellen waarin de werkcentraliteit componenten op burn-outklachten werden getoetst, hadden een minder sterk of vrijwel geen effect. Daarnaast werd gevonden dat deeltijdwerkers hun werk vaker leuk vinden, terwijl voltijdwerkers hun werk vaker belangrijker vinden. Dit lijkt erop te duiden dat deeltijdwerkers meer intrinsiek, en voltijdwerkers wat meer extrinsiek gemotiveerd zijn. De resultaten laten zien dat de gemeten component werkcentraliteit ‘vind mijn werk leuk’ intrinsieke motivatie meet, terwijl de werkcentraliteit component ‘vind werken belangrijk’ dichter bij het meten van extrinsieke motivatie ligt. Deze scriptie laat zien dat de wijze waarop werkmotivatie wordt gemeten tot verschillende uitkomsten leidt.
| Item Type: | Thesis (Master) |
|---|---|
| Supervisor name: | Wielers, R.J.J. |
| Degree programme: | Sociology |
| Differentiation route: | Sociologie van Arbeid, Levensloop & Organisatie [Master Sociology] |
| Date Deposited: | 14 Oct 2022 12:18 |
| Last Modified: | 14 Oct 2022 12:18 |
| URI: | http://gmwpublic.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/1454 |
Actions (login required)
 |
View Item |