Javascript must be enabled for the correct page display

De invloed van energiearmoede op het welzijn van mensen

Wiersma, Edwin (2023) De invloed van energiearmoede op het welzijn van mensen. Master thesis, Sociology.

[img] Text
Wiersma_S4100859_Masterscriptie_Def.pdf
Restricted to Repository staff only

Download (1MB)

Abstract

Van alle Nederlandse huishoudens (7,5 miljoen) heeft ongeveer 8% (ca. 650.000 huishoudens) te maken met energiearmoede (Straver et al., 2020). Dit aantal zou met de huidige en verwachte energieprijsstijgingen de komende jaren kunnen oplopen naar 1,5 miljoen huishoudens (CPB, 2022). In totaal komen dan tussen de 9 en 15% van de huishoudens in financiële nood. Hierdoor kan de sociale ongelijkheid toenemen. Het doel van dit onderzoek is om te kijken naar de gevolgen van energiearmoede voor het welzijn van mensen. De onderzoeksvraag luidt aldus: “Wat is het verband tussen energiearmoede en het welzijn van mensen in Friesland en hoe is dit verband te verklaren?” Om de onderzoeksvraag te beantwoorden, zijn zes hypothesen geformuleerd over de relatie tussen energiearmoede en welzijn op basis van de sociale productiefunctietheorie (SPF-theorie) van Lindenberg. In deze theorie staan hulpbronnen en behoeften van mensen centraal die nodig zijn voor hun algehele welzijn. De behoeften betreffen comfort, stimulatie, affectie, gedragsbevestiging en status. Voor het vervullen van deze behoeften zijn hulpbronnen noodzakelijk zoals voldoende financiële armslag, een goede gezondheid, sociale participatie, sociale contacten, waardering en de eigen unieke talenten. De hoeveelheid beschikbare hulpbronnen en de mate waarin mensen in hun behoeften kunnen voorzien, bepalen hun algehele welzijn. Het uitgangspunt is dat inkomen voor het betalen van de energierekening ook een hulpbron is. Daarnaast is inkomen een factor die bepalend is in hoeverre mensen in staat zijn hun woning te verduurzamen. Een tekort aan inkomen in combinatie met hoge energieprijzen en geen mogelijkheden om te verduurzamen, kan leiden tot energiearmoede. Dit betekent dat mensen minder energievoorzieningen in huis kunnen gebruiken wat ervoor kan zorgen dat ze minder comfortabel kunnen wonen en mogelijk ook gezondheidsklachten kunnen krijgen. Dit kan er vervolgens toe leiden dat mensen minder algemeen welzijn ervaren. In dit onderzoek is gebruik gemaakt van kwantitatieve onderzoeksdata (cross-sectioneel) afkomstig uit panelvragenlijsten van het Fries Sociaal Planbureau uit 2019. De uiteindelijke steekproef met complete data voor het beantwoorden van de onderzoeksvraag bestond uit 621 respondenten. Energiearmoede is specifiek gemeten met de energiequote: het bedrag aan energiekosten naar rato van het inkomen. Om de hypothesen te toetsen, is gebruik gemaakt van hiërarchische lineaire regressieanalyses. Uit de resultaten bleek dat het effect van energiearmoede op het algemeen welzijn van mensen heel klein te zijn. Het negatieve effect van energiearmoede op het algemeen welzijn werd vooral verklaard (gemedieerd) door fysiek welzijn (de gezamenlijke effecten van financieel comfort en lichamelijk comfort). Voor de groep werkenden jonger dan 65 jaar werd wel een sterker en direct negatief effect van energiearmoede op het algemeen welzijn gevonden in vergelijking met de groep gepensioneerden ouder dan 65 jaar. Samenvattend: Dit onderzoek heeft aanwijzingen gevonden voor een verminderd welzijn als gevolg van energiearmoede voor een kleine groep relatief oudere, werkende respondenten. Het onderzoek kan worden gezien als een 0-meting omdat de data uit 2019 zijn toen er nog geen sprake was van hoge energieprijzen en energiearmoede. Doordat de steekproef voor het grootste deel bestond uit 65-plussers, kunnen geen uitspraken worden gedaan over de gehele Friese populatie. Het is belangrijk om in een vervolgonderzoek na te gaan of de effecten in Friesland zijn toe- of afgenomen. Hierbij kan rekening worden gehouden met de exorbitant stijgende energieprijzen vanaf 2022 en een meer representatieve steekproef. Dit geeft een actueler beeld van de impact van energiearmoede en brengt vermoedelijk ook de gevolgen voor een grotere groep mensen in kaart.

Item Type: Thesis (Master)
Supervisor name: Duijn, M.A.J. van and Steverink, B.J.M.
Degree programme: Sociology
Differentiation route: Sociologie van Arbeid, Levensloop & Organisatie [Master Sociology]
Date Deposited: 06 Jul 2023 08:14
Last Modified: 06 Jul 2023 08:14
URI: http://gmwpublic.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/2212

Actions (login required)

View Item View Item