Wijnen, Loes (2024) ADHD op TikTok: reïficatie en decontextualisering op sociale media. Master thesis, Sociology.
|
Text
Scriptie-Loes-Wijnen.pdf Download (3MB) | Preview |
Abstract
In deze scriptie heb ik geprobeerd om antwoord te geven op de volgende onderzoeksvraag: Hoe wordt de psychiatrische classificatie ADHD gekarakteriseerd in video’s op TikTok? En welke elementen uit deze karakterisering kunnen bijdragen aan de reïficatie van psychische stoornissen en de decontextualisering van psychische problemen van middelbare scholieren in Nederland? In Nederland is er sprake van een stijgend aantal jongeren dat zegt last te hebben van psychische problemen. Daarnaast ontvangen er ook steeds meer jongeren jeugdzorg. Wat mogelijk van invloed is op het stijgende aantal jongeren met psychische problemen is dat psychische stoornissen tegenwoordig veel worden gereïficeerd. Reïficatie is de situatie waarin er gesteld wordt dat een door de mens bedachte categorie ook echt in de werkelijkheid bestaat. Daarnaast worden psychische klachten veel gedecontextualiseerd. Dit betekent dat mogelijke belangrijke contextuele oorzaken voor psychische problemen worden genegeerd. In deze scriptie heb ik onderzocht hoe ADHD gekarakteriseerd wordt op TikTok en hoe dit bijdraagt aan reïficatie en decontextualisering. Om de onderzoeksvraag te beantwoorden heb ik een thematische analyse uitgevoerd op TikTok video’s over ADHD. Deze thematische analyse heb ik uitgevoerd met gebruik van analyseschema’s waarin ik de visuele en audio aspecten van de video’s heb gecodeerd. Uit de resultaten bleek dat de criteria uit de DSM-5 zijn terug te zien in de video’s, maar er komen ook allerlei gedragingen in de video’s voor die geen onderdeel zijn van deze DSM-5 criteria. De classificatie ADHD wordt in verschillende video’s breder weergegeven dan de classificatie in de DSM. Daarnaast bevatten meerdere video’s verschillende elementen van reïficatie en decontextualisering. Ten eerste werd ADHD gereïficeerd als een hersenstoornis, omdat ADHD-symptomen in verband worden gebracht met verstoorde hersenfuncties. Dit zorgt ook voor de decontextualisering van hyperactiviteit en concentratieproblemen. Ten tweede werd ADHD gereïficeerd door reïficerend taalgebruik. Er werd over ADHD gesproken alsof het ‘een ding is’. Ten derde werd ADHD gereïficeerd door tekstuele stilte. Dit betekent dat er bijna geen contextuele factoren besproken worden in de video’s die bij zouden kunnen dragen aan het ontwikkelen van hyperactiviteit en concentratieproblemen. Dit zorgt ook voor de decontextualisering van hyperactiviteit en concentratieproblemen. Ten vierde werd ADHD gereïficeerd door gebruik van de term neurodiversiteit. Dit zorgt ook voor de decontextualisering van hyperactiviteit en concentratieproblemen. Echter, deze term werd maar in één video gebruikt. Dit is dus geen invloedrijke factor op de reïficatie van ADHD. Ten vijfde werden hyperactiviteit en concentratieproblemen gedecontextualiseerd door dat er sprake was van het concept stoornisme. Dit betekent dat hyperactiviteit en concentratieproblemen alleen besproken worden vanuit het referentiekader van de stoornis ADHD. Uit deze resultaten concludeer ik dat de classificatie ADHD op TikTok breder wordt gekarakteriseerd dan de DSM-5 definitie. Daarnaast wordt ADHD op TikTok gereïficeerd en worden de gedragingen, die volgens TikTok bij ADHD horen, gedecontextualiseerd. Door meer gedragingen te zien als onderdeel van ADHD worden deze gedragingen niet alleen gedecontextualiseerd, maar ook gemedicaliseerd. Dit betekent dat we deze gedragingen kunnen gaan zien als onderdeel van een stoornis die mogelijk behandeld zou moeten worden. Ik beargumenteer dat dit een onwenselijke vorm is van medicalisering. Als alleen de focus ligt op het behandelen van de individuele stoornis is er geen aandacht meer voor mogelijke contextuele oorzaken (De Ridder & Van Hulst, 2023). Daarnaast is meer medicalisering in strijd met waar er volgens de jeugdwet op ingezet moet worden. Mijn aanbeveling is om meer in te zetten op normalisering en het meer aandacht geven aan invloedrijke contextuele factoren.
Item Type: | Thesis (Master) |
---|---|
Supervisor name: | Steverink, B.J.M. and Tol, D.G. van |
Degree programme: | Sociology |
Differentiation route: | Sociologie van Gezondheid, Zorg en Welzijn [Master Sociology] |
Date Deposited: | 27 Aug 2024 12:47 |
Last Modified: | 27 Aug 2024 12:47 |
URI: | http://gmwpublic.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/4319 |
Actions (login required)
View Item |