Wijngaarden, Lois (2025) De kinderwens in tijden van toekomstige onzekerheden: Een kwantitatieve studie naar de rol van milieuzorgen en toekomstpessimisme bij gewenste kinderloosheid en twijfels over de kinderwens. Master thesis, Sociology.
|
Text
De-kinderwens-in-tijden-van-onzekerheden---Lois-Wijngaarden---09-07-2025.pdf Download (3MB) | Preview |
Abstract
Het vruchtbaarheidscijfer in Nederland daalt al decennia. Sinds 1973 is er een trend zichtbaar waarbij het geboortecijfer structureel onder het vervangingsniveau van 2,1 kinderen per vrouw ligt, wat op termijn kan leiden tot bevolkingskrimp en vergrijzing (CBS, 2024). Waar het krijgen van kinderen vroeger vaak als vanzelfsprekend werd gezien, is het tegenwoordig steeds vaker een bewuste levenskeuze. Externe omstandigheden lijken een steeds grotere rol te spelen in de afweging om kinderen te willen. Zo blijken milieuzorgen en andere vormen van pessimisme zelfs bepalend te zijn voor de kinderwens (Ivanova & Balbo, 2024; Veltman, 2024). In deze scriptie wordt onderzocht of zorgen over de toekomst, waaronder milieuzorgen en economisch, sociaal-cultureel en politiek pessimisme, een invloed hebben op gewenste kinderloosheid en de twijfel over de kinderwens. Het doel van dit onderzoek is om bij te dragen aan de kennis over hoe toekomstzorgen samenhangen met fertiliteitswensen. Daarbij wordt ook gekeken of deze samenhang verschilt tussen jongvolwassenen (18–25 jaar) en volwassenen (26–49 jaar). De gebruikte data zijn afkomstig uit het LISS-panel en bestaan uit zes samengestelde vragenlijsten over onder andere familie, milieu en toekomstverwachtingen. De uiteindelijke steekproeven bestaan uit 572 en 507 respondenten, waarbij de missende waarden zijn geïmputeerd aan de hand van Predictive Mean Matching. Met behulp van logistische regressieanalyses zijn de verschillende vormen van pessimisme getoetst als voorspeller voor gewenste kinderloosheid en twijfel over de kinderwens. Uit de resultaten blijkt dat géén van de vormen van toekomstpessimisme (waaronder milieuzorgen) significant samenhangt met gewenste kinderloosheid. Dit suggereert dat toekomstzorgen niet doorslaggevend zijn voor mensen om gewenst kinderloos te zijn. Wel laten de analyses zien dat zowel milieuzorgen als economisch pessimisme samenhangen met twijfel over de kinderwens. Daarmee is er gedeeltelijk ondersteuning voor de hypothese dat toekomstzorgen eerder leiden tot onzekerheid over de kinderwens dan tot een definitieve afwijzing van de kinderwens. Suggesties voor toekomstig onderzoek richten zich op het inzichtelijk maken van de onderliggende motieven van de verandering in kinderwens door middel van kwalitatieve studies en longitudinale onderzoeksdesigns. Ook is er aanbevolen om explicieter onderscheid te maken tussen gewenste en ongewenste kinderloosheid. Tot slot kan beleid zich richten op manieren om meer vertrouwen te creëren in de ecologische en economische toekomst, met het oog op het verminderen van twijfel over ouderschap. Deze initiatieven beogen de invloed van ecologische en economische onzekerheden op twijfel over de kinderwens te verkleinen, om zo een verdere daling van het vruchtbaarheidscijfer tegen te gaan.
Item Type: | Thesis (Master) |
---|---|
Supervisor name: | Stulp, G. and Frey, V.C. |
Degree programme: | Sociology |
Differentiation route: | Sociologie van Gezondheid, Zorg en Welzijn [Master Sociology] |
Date Deposited: | 23 Jul 2025 07:44 |
Last Modified: | 23 Jul 2025 07:44 |
URI: | http://gmwpublic.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/5661 |
Actions (login required)
![]() |
View Item |